Biologisch onderzoek
Ons deel van de Noordzee is groter dan het Nederlandse landoppervlak. Als we het Nederlands Continentaal Plat meerekenen bestaat zelfs 60% van Nederland uit Noordzee! Veel verschillende habitattypen en diersoorten hebben hier hun plekje. In de laatste telling kwamen onderzoekers op bijna 1300 soorten dieren en wieren, waarvan zo’n 40% van de bodemdieren die gevonden waren gebonden zijn aan hard substraat, zoals wrakken en stenen.
De Nederlandse overheid heeft geen monitoringsprogramma om zicht te houden op de biologische ontwikkelingen van deze gebieden, waardoor waarnemingen van vrijwilligers ontzettend belangrijk zijn. Echter komen de meeste duikers niet zo ver op zee als wij. Niet voor niets vinden vrijwillige biologen van Stichting Duik de Noordzee Schoon vrijwel iedere expeditie soorten die nieuw zijn voor Nederland. Ook de variatie in diersoorten verandert over de tijd en door bij te houden hoeveel individuen (zeldzaam / algemeen / massaal) van welke soorten er gezien zijn in een duik, kunnen uiteindelijk trends bepaald worden. Dit doet DDNZS door aan te sluiten op het MOO (Monitoring Onderwater Oever) project van Stichting ANEMOON. Duikers vullen zo snel mogelijk na de duik op zee een MOO formulier in, welke later aan land worden ingevoerd in het systeem.
Ook wordt van ieder wrak een fragment van de netten bewaard voor de Malacologische vereniging. Vrijwilligers van deze vereniging pluizen deze netten uit op nog aanwezige schelpdieren. Ook hierbij wordt met regelmaat nieuwe vondsten gedaan. Tot slot biedt DDNZS de mogelijkheid aan onderzoekers om op te stappen en eigen onderzoek uit te voeren binnen de kaders van de expeditie. De expedities leveren op deze manier een onschatbare bijdrage aan de wetenschap en kennis over de Noordzee.
Hier een kleine greep uit nieuwsartikelen over diersoorten die nieuw voor Nederland gevonden zijn tijdens expedities van Duik de Noordzee Schoon: