Het meest noordelijke puntje van Nederland op zee? Op de zeekaart heet het Doggers Tail End. En op diezelfde kaart is te zien dat er best wat wrakken liggen. Maar ze hebben in de regel geen naam, slechts een nummer. Het is compleet onduidelijk wat er precies op de bodem ligt.
Dat maakt het natuurlijk hartstikke geinig om op zo’n onbekend object een duikje te wagen. Wat komen we tegen? Oorlogsschip of vissersboot? Hout of staal? Aan boord hebben Ivar en Pim de taak om zulke onbekende wrakken in te meten, een schets te maken en zo veel mogelijk kenmerken te noteren. Ze krijgen daarbij hulp van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed.
De mooiste duik voor hen is tot nu toe die op wrak 6172. Zo’n veertig meter lang, vrij smal, een karakteristieke veegkont en nog steeds recht op in het zand. Twee mastvoeten en een hulpketel. Pim en Ivar, die er gewapend met een snijplank (om op te schetsen) twee duiken op maakten, dachten eerst aan een zeilschip, een tweemaster.
Tot Ivar in alle documentatie die hij bij zich heeft, stuitte op een incident dat te boek staat als de Russian Outrage (1904/1905). Rusland had op dat moment ruzie met Japan en de Baltische vloot onder leiding van admiraal Roshdestvensky was op oorlogspad. Op de Doggersbank voer op dat moment een vloot van tachtig Engelse vistrawlers en die had de pech om de Russen tegen te komen. Wat de Russen heeft bezield, is een compleet raadsel, maar die dachten dat ze de Japanners voor zich hadden. Ze hadden last van stress, zegt Ivar. En daarom openden ze het vuur.
Gelukkige voor de vissersvloot konden de Russen niet zo goed schieten. Alleen de vistrawler Crane werd tot zinken gebracht. In het artikel dat Ivar bij zich heeft, staat mooi beschreven wat de bemanning meemaakte. Matroos William Smith probeerde de hulp in te roepen van de andere vissersboten. ,,Hurry lads, we are crippled and sinking.’’ Twee bemanningsleden vonden de dood.
Bij het verhaal staat ook een plaatje van een Engelse vistrawler: precies dezelfde kenmerken als wrak 6172. Ze hebben geen idee of het wrak inderdaad de Crane is, zeggen Ivar en Pim, maar het zou heel goed kunnen. Zo komen ze op jacht naar de geschiedenis van wrak 6172 een heel eind in de richting van een oplossing van het mysterie.
Tot verrassing van supportduiker Harold. Die had een ‘A’ gevonden op een stuk staal, één van de letters van de scheepsnaam. En hij had het wrak daarom al de naam Maura gegeven (daar zitten immers ook een paar A’s in) naar zijn dochter. Hij moet nog even wennen aan de naam Crane, maar begint helemaal te glimmen als hij de foto van de Engelse trawler ziet. ,,Hé, dat is grappig!’’
Annet van Aarsen