Blog van Sven Middelkoop
We zijn zojuist met acht support duikers voor de eerste duik van de dag van het dek van het expeditie-schip gesprongen. Onder een strakblauwe lucht liggen we in een kalme Noordzee en zwemmen naar de afdaallijn, die zich met de zonnestralen ver de diepte in laat volgen. Wanneer de bodem in zicht komt en we de contouren van het beloofde wrak trachten te ontdekken verschijnt in plaats daarvan een kenmerkende vorm, gehuld in bellen.
Een twintigtal duikers vormt op 32 meter diepte een bijna-stilleven terwijl ze beeldmateriaal verzamelen en speuren naar flora en fauna rondom een enorm net dat het wrak als een deken heeft bedekt. In het net hangt een zeehond; levenloos en aanvreten nadat verstrikking in het net dit zoogdier noodlottig is geworden. Even staat de tijd stil; het is mijn eerste expeditie en dit beeld is indringend.
Dan verspreiden de buddy-teams met support duikers zich langs de randen van het net. Hefballonnen worden geplaatst en een vergeefse poging om de bodemkettingen los te snijden moet worden opgegeven. Even twijfel, gaat dit wel lukken? Een tweede duik plannen? Dan ontstaat het gedurfde plan om het net met kettingen en al naar de oppervlakte brengen, hetgeen zowaar slaagt met alle hefballonnen en boeien van de duikers.
Een uur later ligt het ca. 3000kg wegende net uitgespreid op het helikopterdek van ons schip Cdt. Fourcault en verstrikte dieren zijn al zo veel en zo snel mogelijk terug in zee gezet. De netten worden onder een brandende zon ten koste van liters zweet in stukken gesneden en verdwijnen in gelabelde Big Bags; de stank zal spoedig ondragelijk worden.
Een wrak op zee heeft grote aantrekkingskracht op zowel onderwater leven als vissers, die hier menig net en lijn verspelen. Door drijvers aan netten blijven delen ervan overeind staan en raken vissen en zoogdieren hierin verstrikt. Krabben zijn de dupe van het restant op de bodem en sterven spoedig of groeien op in een dwangbuis wanneer ze in het labyrint van lijnen verstrikt raken. Dit verschijnsel wordt spookvissen genoemd en komt veelvuldig voor.
Tijdens deze expeditie ruimen we zo veel mogelijk netten op die we aantreffen op de wrakken die we bezoeken. Voor de overleden zeehond was het te laat, maar dit net zal geen slachtoffers meer opleveren. Het opruimen van een enkel net lijkt misschien een druppel op een gloeiend plaat, maar is wellicht minstens zo waardevol als het redden van enkele olifanten of een door stookolie besmeurde Jan van Gent.
De aandacht die we na de expeditie trekken met beeld, geluid en verhaal moet uiteindelijk een keer de druppel opleveren die de emmer van ons geweten over laat lopen waardoor we onze zeeën niet langer als afval stortplaats blijven gebruiken.
Maar zover is het nog niet en wij zijn inmiddels aangekomen bij het volgende wrak in Engelse wateren. Hier belonen we onszelf voor de zware inspanningen met een duik op een prachtig begroeid en bewoond vissersschip dat zelf ten prooi gevallen is aan menselijk zwerfafval: een venijnige zeemijn.