Blog van Eelco Leemans.
Sinds de eerste expeditie van Duik de Noordzee Schoon is het schoonmaken van wrakken een vast onderdeel van het programma. Ook deze keer komen de duikers weer grote hoeveelheden touwen en netten tegen. Vervolgens is de taak om alles te ontwarren en los te snijden en ervoor te zorgen dat er geen zeeleven in verstikt raakt. Er zijn verschillende groepen duikers aan boord en de volgorde is telkens gelijk: eerst gaan de filmmakers en fotografen naar beneden om ongestoord foto’s te maken, daarna komen de onderzoekers (biologen / archeologen) en uiteindelijk de nettensnijders. Zij leveren het lastige en dankbare werk om troep van de wrakken te halen en vissen en krabben te bevrijden. Daarna wordt alles in postzakken aan een hefballon gehangen, die met lucht wordt volgeblazen. Als die ballon bovenkomt, kan hij vanaf het schip worden opgepikt.
Op 10 september komt inderdaad een ballon naar boven, maar door oponthoud bij het terughalen van de duikers, lukt het niet om de ballon te ‘recupereren’ zoals een Vlaams bemanningslid het noemt. Jammer van al het werk: de Cdt. Fourcault ligt ten anker en de ballon drijft weg met het getij. Het is afwachten of hij met z’n lading ergens zal aanspoelen. De volgende ochtend krijgen we een prachtige zonsopkomst en ongelofelijk genoeg, dobbert vlakbij het schip de gele hefballon. In iets meer dan 12 uur is het ding weer terug bij het schip, 6 uur heen en 6 uur terug. Met heel veel moeite krijgen we de lading aan dek: flinke trossen, divers touwwerk en stukken net, waarin krabben en ander zeeleven verstrikt zit.
Aan boord van het schip zijn onder anderen een paar biologen, die op de wrakken willen zoeken naar zeldzame soorten. Bij vroegere expedities hebben zij al diersoorten waargenomen die nog nooit eerder in de Nederlandse Noordzee waren gezien. Ook op deze tocht hopen zij onder water een nieuwe vondst te kunnen scoren. Voor de definitieve determinatie van de organismen die zij tot nu te hebben verzameld, moeten we wachten tot we toegang tot het internet hebben.
Ondertussen zijn er boven water wél zeldzame soorten waargenomen: een klein bruin landvogeltje fladderde regelmatig om het schip heen, later nam iemand een vleermuis waar en gisteren streek een goudplevier neer op het helidek, waar hij zich in de luwte van de nettenberg ophield.
Van 1 dwaalgast hebben we nog geen exemplaren kunnen zien, maar dat ze hier regelmatig aanwezig zijn staat vast. Hun fourageergedrag laat duidelijk sporen na op de wrakken die bezocht worden. Het gaat hier over de hengelaar. De hengelaar is een soort die zeer regelmatig wordt waargenomen aan de oevers van sloten en plassen. In minder grote getale houdt de hengelaar zich op langs de kust, bijvoorbeeld bij havenpieren. Een enkele keer ziet men groepen iets verder van de kust, wanneer zij zich met zogenaamde dagcharters naar foerageergebieden op een paar mijl afstand begeven.
Dat hier op de Doggersbank ook hengelaars moeten zijn, kan worden aangetoond door de sporen van hun foerageer gedrag. Grote hoeveelheden nylon lijnen, stukken lood, haken en kunstaas getuigen hiervan. Hoe de hengelaar zich vanuit zijn habitat op land verplaatst naar de Doggersbank is nog ongewis.