Als Projectleider Schone Zee bij Stichting De Noordzee (SDN) houd ik mij intensief bezig met de scheepvaart, vooral vanaf de wal. Samen met Stichting Duik De Noordzee Schoon ga ik drie dagen mee de Noordzee op. Collega’s die eerder mee gingen zijn enthousiast, want het werk van Duik De Noordzee Schoon is bijzonder, uitdagend, onmisbaar, maar vooral ook stoer: ik heb er zin in!
Zaterdagochtend vroeg gaan collega Francine Hijmans, Manager Partnerships en Fondsenwerving bij SDN, en ik aan boord. We beginnen met het te woord staan van pers, die gelukkig veel interesse tonen in de expeditie. Als we uitvaren volgt een uitgebreide briefing in de kajuit. Terwijl de zee bonkt tegen het schip, proberen wij ons staande te houden bij de eerste zeeziek verschijnselen. Op de Noordzee kan het aardig spoken en de golven zijn de eerste dag hoog. Het meubilair verschuift, kopjes rinkelen in de kratten en mensen zwalken van paal tot paal. Ook al hebben we pleisters geplakt en pillen geslikt, niks helpt nu tegen de zeeziekte. Met je ogen dicht in bed liggen wel, zeggen de kenners en zo begint de reis horizontaal. Ik ben niet de enige die er last van heeft. Er zijn duikers die zo lang mogelijk platliggen en dan snel het water in gaan – in het water ben je niet zeeziek. Het zegt iets over hun gedrevenheid.
Na de eerste dag wordt het weer rustiger en kan ik me samen met andere niet-duikers nuttig maken. We houden duiktijden bij en het wordt een sport de duikers te herkennen zodra ze boven zijn, aan hun manier van zwemmen, kleur helm of pak. Als de duikers de eerste zak met vissersafval binnenhalen sorteren we lood en netten.
Het te water gaan en ook het weer terug op het schip komen van de duikers is een spectaculair gezicht. Het uitzicht over zee, de wolken en het licht erboven zijn op elk moment van de dag anders. Het is vanaf het schip ook duidelijk hoe druk de Noordzee is met boorplatforms, windmolens en schepen.
Het ene na het andere containerschip vaart voorbij en zo word ik steeds herinnerd aan mijn focus voor deze expeditie: het afval van MSC Zoe. Ondanks bergen en opruimacties ligt nog veel materiaal uit de 342 containers die het schip in januari verloor in zee. Aan boord geef ik een presentatie over de containerramp en ons werk sindsdien. Deze wordt met interesse ontvangen. Bij de eerste duik boven de Wadden waar afval zou kunnen liggen is het zicht slecht. De duikers willen graag opruimen en zijn gespitst op het afval. Er wordt niets gevonden. Ligt het er niet of vinden we het niet? Bij de tweede duik is het raak: de duikers treffen pannen en koffers aan. Het moet voor de duikers een wonderlijk beeld zijn. Ook de komende dagen wordt gedoken op plekken waar afval kan liggen. Aandacht voor de containerramp blijft hard nodig. Goed opruimen, de ecologische effecten monitoren en preventieve maatregelen invoeren zodat dit nooit meer gebeurt zijn essentieel om ons grootste natuurgebied schoon te krijgen.
Francine en ik stappen na drie dagen af en reizen via Lauwersoog weer naar huis. Als toegift krijgen we nog mooi zicht op een zandbank waar verschillende zeehonden hun vitamine D liggen aan te vullen.
De duikers duiken door en ik ga me vanaf de wal weer inzetten voor een schone en gezonde maar vooral prachtige Noordzee. Heel veel dank aan alle mensen van DDNZS, de bemanning aan boord en alle duikers voor het delen van jullie kennis, het warme welkom, de kameraadschap en de mooie ervaring!
Mara Francken