Een blog van Harold Batteram
Expeditie Noordzee 2018 gaat voorspoedig. Het expeditieplan loopt bij de eerste duik al in het honderd. Een kleine vergissing bij het invoeren van een coördinaat heeft grote gevolgen waardoor we de een duik moeten missen. Een expeditieplan is als een rij dominostenen, als er een valt geeft dat een kettingreactie op de rest van de geplande duiken omdat vaarafstanden, kenteringtijden en diepten de mogelijkheden bepalen. Gelukkig doen we dit niet voor het eerst en zijn we gewend om het plan flexibel aan te passen aan veranderlijke omstandigheden tijdens de reis.
Aan boord heeft iedereen een taak, zowel op het schip als onderwater. Aan boord is mijn taak is het tocht en duikplan kloppend te krijgen en de diplomatieke bemiddeling tussen de expeditieleider Ben en kapitein Pim. Ik mag Pim dan vertellen dat we graag om 7 uur in de ochtend willen duiken nadat hij een nacht heeft moeten doorvaren. Ook dit ritueel is inmiddels routine en gaat zonder problemen.
Mijn onderwatertaken als supportduiker zijn wisselend. Belichtingsman, fotomodel, loodverzamelaar, nettensnijder, of biologenhoeder. Dat laatste vraagt om uitleg.
We duiken op de Somali, een enorm stoomschip van 140m lang wat in 1941 vergaan is door een Duitse luchtaanval. We duiken met z’n drieën: Biologen Joop, Oscar en ik. De diepte varieert tussen de 27 en 33 meter. Beide biologen zijn volledig gebiologeerd met hun eigen onderzoek bezig en raken steeds verder van elkaar verwijderd. Als een zeeschaapshond probeer ik de kudde bij elkaar te houden en pendel langs de gidslijn heen en weer om beide biologen in de gaten te houden. Tevergeefs, de afstand wordt te groot en ik besluit bij Oscar te blijven. Joop (immers beroepsduiker!) redt zich wel. Ik wil ze ook niet storen in hun ongetwijfeld belangrijk wetenschappelijk werk. Als het tijd wordt om terug te gaan gebaar ik aan Oscar dat hij langs de lijn terug kan gaan terwijl ik naar Joop op zoek ga.
Communiceren onderwater is nu eenmaal lastig en mijn gebaren worden verkeerd geïnterpreteerd. Oscar vertaald mijn gebaren als “hier wachten”. Ik volg de gidslijn op zoek naar Joop en tref hem aan het eind aan, vlak bij de shotlijn omhoog. De gidslijn heeft een grote lus gemaakt waarvan het begin al wordt ingereeld door de opruimploeg. Voor de zekerheid volg ik de opruimploeg nog een tiental meter om te zien of Oscar nog onderweg is. Geen Oscar in zicht en ik besluit terug te gaan. De gidslijn opnieuw tot het eind volgen is geen optie meer, het zou te veel tijd kosten. Oscar is vast al boven stel ik mezelf gerust. Na de nodige deco / veiligheidsstoppen word ik door de rib naar de Cdt. Fourcoult teruggebracht en vraag direct aan de duikleider of Oscar al aan boord is. Nee nog niet is het antwoord. Shit! Een ongerust gevoel dringt zich onwillekeurig op. Alle expeditieleden zijn zeer ervaren Noordzeeduikers die zich echt wel weten te redden, maar je weet maar nooit. Een voor een komen duikers aan boord en worden ondervraagd of Oscar aan de lijn gezien is. Na een paar duikers komt gelukkig het verlossende woord, hij maakt gewoon zijn decostop aan de shotlijn en komt een tijdje later aan boord. Oscar was trouw op ons blijven wachten totdat de opruimploeg langs kwam om de gidslijn in te reelen en was toen teruggegaan. Een begrijpelijk misverstand in onze communicatie. Niks aan de hand uiteindelijk.
Na de Somali begint de planning voor de reis terug. Vaarafstand, kentering en opties voor wraklocaties worden onderzocht en bieden diverse interessante mogelijkheden. Het weer werkt helaas niet mee. ’s Nachts voel ik de Cdt Fourcoult al behoorlijk slingeren. De windkracht is tot 7Bft toegenomen en komt uit het Noord-Noordwesten. Hierdoor biedt de Engelse kust weinig bescherming meer en is de golfhoogte tot zo’n drie meter toegenomen.
De ochtendduik wordt afgeblazen. Voor de volgende kentering proberen we nog achter de landtong van Flamborough Head beschutting te vinden, maar ook hier is de zee te ruw om veilig te kunnen duiken. We besluiten de oversteek naar Nederland te gaan maken. Als we de hele nacht doorvaren kunnen we de ochtendduik op het wrak van de Clarks gaan maken, mits de weergoden gunstig zijn gestemd…
De planning voor zaterdag wordt nog spannend. We zullen met voldoende hoogwater door de nauwe, ondiepe vaarroute naar Stellendam moeten navigeren. Pim is hier al vaker op de grond gelopen. Expeditieleider Ben meent stellig dat we nog wel een duik op het wrak van de Clipper in de ochtend kunnen maken en dan nog net op tijd in Stellendam kunnen zijn. Ik denk dat het erg krap gaat worden. We zullen wel zien…
Harold Batteram